Hoe pakken we dat aan?
Het proces van de masterplannen bestaat uit meerdere fases. Eerst worden de beide gebieden ruimtelijk verkend. Welke kenmerken zijn typerend voor het gebied? Welke functies zijn er al voorhanden en welke ontbreken? Hoe is het gesteld met de voorzieningen en wie maakt er gebruik van deze voorzieningen?
Zodra deze vragen beantwoord zijn, wordt een visie ontwikkeld met concrete doelstellingen over wonen, openbare ruimte, economie, mobiliteit, gemeenschapsvoorzieningen en zorgverlening. Vanuit deze visie ontwerpen we verschillende gewenste toekomstscenario’s voor de dorpen. Zo komen we uiteindelijk tot een breed gedragen voorkeurscenario.
Dat voorkeurscenario wordt dan dieper uitgewerkt in een masterplan. Als het masterplan er eenmaal ligt, stellen we een veranderingsagenda op waarin aandacht is voor haalbaarheid en de realisatie van het scenario in verschillende fases. Gedurende dat hele onderzoekstraject willen we in elke fase breed communiceren en inwoners betrekken. Om de identiteit van de twee dorpen te bewaren en zelfs te versterken, is de stem van de inwoners onmisbaar. Zo kunnen de verschillende belanghebbende organisaties uit de dorpen mee nadenken over de invulling, opportuniteiten en tekorten binnen de afgebakende gebieden.
Vroeg in het traject proberen we zicht te krijgen op verschillende meningen. Zo willen we weten hoe u aankijkt tegen de mogelijke gevolgen van het masterplan. Verder in het proces moeten we knopen doorhakken bij de keuze van een voorkeursscenario. Daarom willen we voldoende op de hoogte zijn van de standpunten die leven in onze stad.
Als laatste doelstelling van het participatietraject gaan we op zoek naar partners voor de realisatie van acties uit het plan. Deze benadering zorgt voor engagement en mede-eigenaarschap, waardoor de inwoner actie en verantwoordelijkheid opneemt voor de eigen leefomgeving. Dat leidt doorgaans tot de beste plannen.